Het komt regelmatig voor dat mensen met dementie onrustig zijn en aangeven dat ze naar huis willen. Vaak is dit na een gedwongen verhuizing omdat de persoon met dementie niet meer alleen thuis kan wonen.
Na een verhuizing kan iemand met dementie heel onrustig worden. Zelfs al is de verhuizing zo zorgvuldig mogelijk aangepakt en de nieuwe woning zoveel mogelijk op de oude woning lijkt.
Reacties op verhuizing kunnen zijn:
- Huilen en continu vragen om naar huis te mogen gaan
- Steeds weer spullen in een tas doen, inpakken
- Steeds weer proberen weg te lopen
Tips hoe om te gaan met de wens naar huis te willen
1) Eerlijk zijn
Als iemand in de war en gedesoriƫnteerd lijkt door een recente verhuizing wees dan eerlijk over deze verhuizing. Leg uit dat hij/zij nu ergens anders woont en waarom. Wees kort, mild en duidelijk in de uitleg. Teveel informatie kan zorgen voor nog meer verwarring.
Spreek met andere betrokkenen af dat iedereen dezelfde uitleg geeft als de persoon met dementie naar thuis vraagt. Leg geen nadruk op de problemen die er waren toen de persoon met dementie nog thuis woonde, maar vertel bijvoorbeeld dat hij/zij zich eenzaam voelde en dat er daarom voor gekozen is om te verhuizen. Of dat het dichterbij een zoon of dochter is. Probeer een uitleg te bedenken die rust geeft.
2) Zorg voor afleiding
Als de onrust na uitleg aanwezig blijft probeer dan af te leiden. Doe dit door een leuke activiteit aan te bieden zoals samen iets bakken, naar favoriete muziek luisteren, een wandeling maken, ergens een kopje koffie gaan drinken.
Houdt er rekening mee dat afleiding vaak maar korte tijd werkt. Het is daarom belangrijk om afleiding door middel van activiteiten te herhalen.
3) Ga op zoek naar de onderliggende oorzaak
Soms kan iets onverwachts heimwee veroorzaken:
- Is er misschien een buurvrouw uit de oude straat op bezoek geweest?
- Is er een medebewoner die op iemand van vroeger lijkt?
- Is de persoon met dementie moe? Wennen aan een nieuwe omgeving kost veel energie.
- Heeft de persoon met dementie moeite met wennen aan de nieuwe structuur in de nieuwe woonomgeving?
- Wordt er misschien teveel van eigen gewoontes afgeweken? Opeens vroeg op moeten staan terwijl het de gewoonte was om uit te slapen?
- Is het beddengoed nieuw, vreemd en niet vertrouwd?
- Zijn er veel nieuwe kleren aangeschaft en zijn deze onherkenbaar?
Probeer te achterhalen of er een oorzaak is binnen de nieuwe setting waardoor de persoon met dementie steeds naar huis wil. Als de oorzaak gevonden wordt dan kan hier iets aan gedaan worden.
4) Neem gevoelens serieus
Ga serieus in op het gevoel van heimwee en bevestig de gevoelens. Door te bevestigen dat iemand het oude huis mist en hierover te praten kun je de persoon met dementie helpen met het plaatsen van emoties. Praat over herinneringen, maar benoem het ook als herinneringen.
5) Naar huis willen gaan kan verschillende betekenissen hebben
De persoon met dementie wil naar huis, maar dat betekend niet altijd dat het gaat om de laatste woning. Het kan ook gaan om het huis waar men geboren of opgegroeid is.
Als de heimwee naar het ouderlijk huis is ga dan samen kijken naar foto's van vroeger en laat de persoon met dementie daarover vertellen. Praat in het verleden en gebruik zinnen als bijvoorbeeld: 'Weet je nog toen je klein was en jullie elke zondag soep aten?' of 'Weet je nog toen je 10 was en in de kou naar school moest lopen?'. Als herinneringen moeilijk naar boven komen begin dan een zin met bijvoorbeeld: 'Ik weet nog dat je me een keer vertelde hoe koud het in de winter in jullie huis was'. Op deze manier voelt de persoon met dementie zich niet gedwongen om zich iets ter herinneren.
6) Niemand is schuldig
Probeer schuldgevoel achterwege te laten. Niemand is schuldig aan de gedwongen verhuizing of aan de situatie. Het is de schuld van de ziekte, van dementie, en daar heeft niemand invloed op.
Tot slot:
Bovenstaande zijn tips die gebruikt kunnen worden, maar elke situatie is uniek en elk mens met dementie heeft een eigen beleving en benaderingswijze.
Heeft u aanvullende tips? Geef ze door, dan zetten we deze erbij.
Monika Eberhart
Als iemand in de war en gedesoriƫnteerd lijkt door een recente verhuizing wees dan eerlijk over deze verhuizing. Leg uit dat hij/zij nu ergens anders woont en waarom. Wees kort, mild en duidelijk in de uitleg. Teveel informatie kan zorgen voor nog meer verwarring.
Spreek met andere betrokkenen af dat iedereen dezelfde uitleg geeft als de persoon met dementie naar thuis vraagt. Leg geen nadruk op de problemen die er waren toen de persoon met dementie nog thuis woonde, maar vertel bijvoorbeeld dat hij/zij zich eenzaam voelde en dat er daarom voor gekozen is om te verhuizen. Of dat het dichterbij een zoon of dochter is. Probeer een uitleg te bedenken die rust geeft.
2) Zorg voor afleiding
Als de onrust na uitleg aanwezig blijft probeer dan af te leiden. Doe dit door een leuke activiteit aan te bieden zoals samen iets bakken, naar favoriete muziek luisteren, een wandeling maken, ergens een kopje koffie gaan drinken.
Houdt er rekening mee dat afleiding vaak maar korte tijd werkt. Het is daarom belangrijk om afleiding door middel van activiteiten te herhalen.
3) Ga op zoek naar de onderliggende oorzaak
Soms kan iets onverwachts heimwee veroorzaken:
- Is er misschien een buurvrouw uit de oude straat op bezoek geweest?
- Is er een medebewoner die op iemand van vroeger lijkt?
- Is de persoon met dementie moe? Wennen aan een nieuwe omgeving kost veel energie.
- Heeft de persoon met dementie moeite met wennen aan de nieuwe structuur in de nieuwe woonomgeving?
- Wordt er misschien teveel van eigen gewoontes afgeweken? Opeens vroeg op moeten staan terwijl het de gewoonte was om uit te slapen?
- Is het beddengoed nieuw, vreemd en niet vertrouwd?
- Zijn er veel nieuwe kleren aangeschaft en zijn deze onherkenbaar?
Probeer te achterhalen of er een oorzaak is binnen de nieuwe setting waardoor de persoon met dementie steeds naar huis wil. Als de oorzaak gevonden wordt dan kan hier iets aan gedaan worden.
4) Neem gevoelens serieus
Ga serieus in op het gevoel van heimwee en bevestig de gevoelens. Door te bevestigen dat iemand het oude huis mist en hierover te praten kun je de persoon met dementie helpen met het plaatsen van emoties. Praat over herinneringen, maar benoem het ook als herinneringen.
5) Naar huis willen gaan kan verschillende betekenissen hebben
De persoon met dementie wil naar huis, maar dat betekend niet altijd dat het gaat om de laatste woning. Het kan ook gaan om het huis waar men geboren of opgegroeid is.
Als de heimwee naar het ouderlijk huis is ga dan samen kijken naar foto's van vroeger en laat de persoon met dementie daarover vertellen. Praat in het verleden en gebruik zinnen als bijvoorbeeld: 'Weet je nog toen je klein was en jullie elke zondag soep aten?' of 'Weet je nog toen je 10 was en in de kou naar school moest lopen?'. Als herinneringen moeilijk naar boven komen begin dan een zin met bijvoorbeeld: 'Ik weet nog dat je me een keer vertelde hoe koud het in de winter in jullie huis was'. Op deze manier voelt de persoon met dementie zich niet gedwongen om zich iets ter herinneren.
6) Niemand is schuldig
Probeer schuldgevoel achterwege te laten. Niemand is schuldig aan de gedwongen verhuizing of aan de situatie. Het is de schuld van de ziekte, van dementie, en daar heeft niemand invloed op.
Tot slot:
Bovenstaande zijn tips die gebruikt kunnen worden, maar elke situatie is uniek en elk mens met dementie heeft een eigen beleving en benaderingswijze.
Heeft u aanvullende tips? Geef ze door, dan zetten we deze erbij.
Monika Eberhart
Bedankt voor de tips. Kan ik in de toekomst (mijn moeder woont nu nog thuis) waarschijnlijk goed gebruiken.
BeantwoordenVerwijderenGeen dank. Fijn om mensen te kunnen helpen. Heel veel sterkte toegewenst.
Verwijderen